Toetscombinaties in Terminal op de Mac
In de app Terminal op de Mac kun je toetscombinaties gebruiken om veel taken snel uit te voeren. Bekijk de onderstaande toetscombinaties en de toetscombinaties in de Terminal-menu's in de menubalk. In appmenu's worden toetscombinaties weergegeven met symbolen.
Opmerking: De toetscombinaties in apps kunnen verschillen afhankelijk van de taal en toetsenbordindeling die je op je Mac gebruikt. Als de onderstaande toetscombinaties anders werken dan verwacht, kijk je in de appmenu's in de menubalk om te zien wat de juiste toetscombinaties zijn. Je kunt ook de toetsenbordweergave gebruiken om de huidige toetsenbordindeling (oftewel de invoerbron) te bekijken.
Werken met Terminal-vensters en -tabbladen
Handeling | Aanduiding |
---|---|
Nieuw venster | Command + N |
Nieuw venster met zelfde commando | Control + Command + N |
Nieuw tabblad | Command + T |
Nieuw tabblad met zelfde commando | Control + Command + T |
Tabbladbalk tonen of verbergen | Shift + Command + T |
Alle tabbladen tonen of het tabbladenoverzicht verlaten | Shift + Command + Schuine streep naar links (\) |
Nieuw commando | Shift + Command + N |
Nieuwe externe verbinding | Shift + Command + K |
Infovenster tonen of verbergen | Command + I |
Titel wijzigen | Shift + Command + I |
Achtergrondkleur wijzigen | Option + Command + I |
Lettertypen vergroten | Command + Plus (+) |
Lettertypen verkleinen | Command + Min (–) |
Volgende venster | Command + Accent grave (`) |
Vorige venster | Command + Shift + Tilde (~) |
Volgend tabblad | Control + Tab |
Vorig tabblad | Control + Shift + Tab |
Het venster in twee panelen splitsen | Command + D |
Een gesplitst paneel sluiten | Shift + Command + D |
Een tabblad sluiten | Command + W |
Een venster sluiten | Shift + Command + W |
Andere tabbladen sluiten | Option + Command + W |
Alles sluiten | Option + Shift + Command + W |
Naar bovenkant scrollen | Command + Home |
Naar onderkant scrollen | Command + End |
Pagina omhoog | Command + Page Up |
Pagina omlaag | Command + Page Down |
Regel omhoog | Option + Command + Page Up |
Regel omlaag | Option + Command + Page Down |
Een commandoregel wijzigen
Handeling | Aanduiding |
---|---|
Het invoegpunt verplaatsen | Houd de Option-toets ingedrukt en beweeg de aanwijzer naar een nieuw invoegpunt |
Het invoegpunt naar het begin van de regel verplaatsen | Control + A |
Het invoegpunt naar het eind van de regel verplaatsen | Control + E |
Het invoegpunt één teken verder verplaatsen | Pijl-rechts |
Het invoegpunt één teken terug verplaatsen | Pijl-links |
Het invoegpunt één woord verder verplaatsen | Option + Pijl-rechts |
Het invoegpunt één woord terug verplaatsen | Option + Pijl-links |
De regel verwijderen | Control + U |
Wissen tot aan het eind van de regel | Control + K |
Vooruitwissen tot het einde van het woord | Option + D (beschikbaar als Gebruik Option-toets als metatoets is geselecteerd) |
Achteruitwissen tot aan het begin van het woord | Control + W |
Eén teken verwijderen | Backspace |
Eén teken vooruitwissen | Forward Delete (of gebruik Fn + Delete) |
Twee tekens omwisselen | Control + T |
Tekst in een Terminal-venster selecteren en zoeken
Handeling | Aanduiding |
---|---|
Het volledige pad naar een bestand selecteren | Houd de toetsen Shift en Command ingedrukt en klik dubbel op het pad |
Een complete regel met tekst selecteren | Drie keer klikken op de regel |
Een woord selecteren | Dubbel klikken op het woord |
Een URL selecteren | Houd de toetsen Shift en Command ingedrukt en klik dubbel op de URL |
Een rechthoekig blok selecteren | Houd de Option-toets ingedrukt en sleep om tekst te selecteren |
Knippen | Command + X |
Kopiëren | Command + C |
Kopiëren zonder achtergrondkleur | Control + Shift + Command + C |
Platte tekst kopiëren | Option + Shift + Command + C |
Plakken | Command + V |
De selectie plakken | Shift + Command + V |
Tekst tussen escapetekens plakken | Control + Command + V |
Selectie met escapetekens plakken | Control + Shift + Command + V |
Zoeken | Command + F |
Volgende zoeken | Command + G |
Vorige zoeken | Command + Shift + G |
Zoeken naar de geselecteerde tekst | Command + E |
Naar de geselecteerde tekst gaan | Command + J |
Alles selecteren | Command + A |
Tekenweergave openen | Control + Command + spatiebalk |
Werken met markeringen en bladwijzers
Handeling | Aanduiding |
---|---|
Markeren | Command + U |
Markeren als bladwijzer | Option + Command + U |
Markering verwijderen | Shift + Command + U |
Regel markeren en return versturen | Command + Return |
Return versturen zonder markering | Shift + Command + Return |
Bladwijzer invoegen | Shift + Command + M |
Bladwijzer met naam invoegen | Option + Shift + Command + M |
Naar vorige markering gaan | Command + Pijl-omhoog |
Naar volgende markering gaan | Command + Pijl-omlaag |
Naar vorige bladwijzer gaan | Option + Command + Pijl-omhoog |
Naar volgende bladwijzer gaan | Option + Command + Pijl-omlaag |
Tot vorige markering wissen | Command + L |
Tot vorige bladwijzer wissen | Option + Command + L |
Wissen tot begin | Command + K |
Selecteren tussen markeringen | Shift + Command + A |
Overige toetscombinaties
Handeling | Aanduiding |
---|---|
Schermvullend aan of uit | Control + Command + F |
Kleuren tonen of verbergen | Shift + Command + C |
Terminal-instellingen openen | Command + komma (,) |
Break | Het typen van Command + punt (.) komt overeen met het drukken op Control + C op de commandoregel |
Afdrukken | Command + P |
Zachte reset status terminalemulatieprogramma | Option + Command + R |
Harde reset status terminalemulatieprogramma | Control + Option + Command + R |
Een URL openen | De Command-toets ingedrukt houden en dubbel klikken op de URL |
Het volledige pad toevoegen aan een bestand | Het bestand vanuit de Finder naar het Terminal-venster slepen |
Tekst exporteren als | Command + S |
Geselecteerde tekst exporteren als | Shift + Command + S |
Omgekeerde zoekactie commandogeschiedenis | Control + R |
De optie 'Sta muisrapportage toe' inschakelen | Command + R |
De optie 'Gebruik Option-toets als metatoets' inschakelen | Command + Option + O |
Ander scherm tonen | Shift + Command + Pijl-omlaag |
Ander beeldscherm verbergen | Shift + Command + Pijl-omhoog |
Man-pagina voor selectie openen | Control + Shift + Command + vraagteken (?) |
In man-pagina-index zoeken naar selectie | Control + Option + Command + schuine streep (/) |
Naam domein of bestand aanvullen | Op een commandoregel een of meer tekens typen en vervolgens op de Tab-toets drukken |
Een lijst met mogelijke aanvullingen voor domein- of bestandsnamen weergeven | Op een commandoregel een of meer tekens typen en vervolgens tweemaal op de Tab-toets drukken |