Terminalprofielen aanmaken en beheren
Een profiel is een set instellingen voor stijl en werking van een Terminal-venster. De instellingen die je in een profiel kunt bewaren zijn onder andere de achtergrondkleur, het lettertype en de cursorstijl.
Terminal bevat een verzameling voorgedefinieerde profielen die standaardprofielen worden genoemd en je kunt ook je eigen profielen aanmaken.
Een nieuw profiel aanmaken
Kies 'Terminal' > 'Voorkeuren' en klik vervolgens op 'Profielen'.
Klik op de knop met het plusteken onder de lijst met profielen.
Voer een naam in voor het nieuwe profiel.
Kies de instellingen voor het nieuwe profiel.
Een profiel aanpassen
Kies 'Terminal' > 'Voorkeuren' en klik vervolgens op 'Profielen'.
Selecteer het profiel dat je wilt aanpassen.
Breng de gewenste wijzigingen in de profielinstellingen aan.
De naam van een profiel wijzigen
Kies 'Terminal' > 'Voorkeuren' en klik vervolgens op 'Profielen'.
Klik dubbel op de naam van het profiel die je wilt wijzigen.
Voer een nieuwe naam in en druk op de Return-toets.
Een profiel kopiëren
Kies 'Terminal' > 'Voorkeuren' en klik vervolgens op 'Profielen'.
Selecteer het profiel dat je wilt kopiëren.
Klik op het taakmenu en kies 'Dupliceer profiel'.
Voer een naam in voor het gekopieerde profiel en druk op de Return-toets.
Een profiel verwijderen
Kies 'Terminal' > 'Voorkeuren' en klik vervolgens op 'Profielen'.
Selecteer het profiel dat je wilt verwijderen.
Klik op de knop met het minteken onder de lijst met profielen.
De standaardprofielen herstellen
Als je de bij Terminal geleverde standaardprofielen hebt verwijderd of gewijzigd, kun je deze met hun oorspronkelijke instellingen terugzetten in de lijst met profielen. Je kunt alleen de volledige verzameling standaardprofielen terugzetten (je kunt profielen dus niet per stuk terugzetten).
Als je een van de standaardprofielen hebt aangepast en je deze aanpassingen wilt bewaren, moet je de naam van het profiel wijzigen voordat je de standaardprofielen terugzet. Tijdens het herstellen worden de instellingen voor alle standaardprofielen overschreven.
Kies 'Terminal' > 'Voorkeuren' en klik vervolgens op 'Profielen'.
Klik op het taakmenu en kies 'Herstel standaardprofielen'.