API-beperkingen in Opdrachten
Er gelden enkele beperkingen voor het werken met API's in Opdrachten:
OAuth: OAuth 2, een verificatiesysteem waarbij een gebruiker handmatig een gebruikersnaam en wachtwoord moet invoeren op een inlogpagina, wordt op dit moment niet ondersteund.
Verschillende eindpunten: API's hebben vaak verschillende eindpunten die je kunt gebruiken om verschillende soorten gegevens op te vragen. Dit betekent dat je bij het werken met bepaalde API's soms een reeks API-aanroepen nodig hebt: eerst om bestaande gegevens op te vragen, en later om gegevens toe te voegen, bij te werken of te verwijderen.
Limiet: Voor veel API's gelden beperkingen ten aanzien van het aantal verzoeken dat kan worden verstuurd. Deze beperkingen zijn bedoeld om misbruik van een API-voorziening te voorkomen, in situaties waarin iemand via programmacode duizenden of miljoenen verzoeken maakt. Het aantal verzoeken bij een API-voorziening kan per uur, per dag of per maand zijn beperkt, maar het kan ook zijn dat je na een bepaald aantal verzoeken moet betalen om de voorziening te kunnen blijven gebruiken.
Opmerking: Op het gebruik van web-API's in Opdrachten zijn de voorwaarden van die voorziening van toepassing.
Omdat je een aangepaste API-sleutel voor eigen gebruik binnen Opdrachten aanmaakt, is de kans klein dat je de gebruikslimiet bereikt. Als je herhalende taken gebruikt om in korte tijd een groot aantal verzoeken te doen, kun je de limiet echter wel overschrijden. Als je toch een gebruikslimiet bereikt, moet je mogelijk wachten totdat de voorziening is hersteld en/of je processen in batches verwerken om een beperkt aantal bewerkingen tegelijk uit te voeren.