AirPods gebruiken met je Mac
Als je AirPods zich in de buurt bevinden en klaar zijn voor gebruik met je Mac, kun je ze gebruiken om naar muziek te luisteren, Siri te bedienen of te telefoneren.
Als je AirPods met je iPhone zijn verbonden
Als de AirPods al met je iPhone zijn verbonden, zijn ze klaar voor gebruik met je Mac (je Mac moet Handoff ondersteunen en je moet met dezelfde Apple ID bij iCloud zijn ingelogd).
Open de houder van de AirPods, klik op de volumeregelaar in de menubalk op de Mac en kies 'AirPods'.
Je AirPods verbinden met de Mac
Als je AirPods niet met je iPhone zijn verbonden, kun je ze rechtstreeks verbinden met je Mac.
Open het deksel terwijl de AirPods zich in hun houder bevinden.
Houd de instelknop op de achterkant van de houder ingedrukt tot het statuslampje wit knippert.
Kies op je Mac Apple-menu > 'Systeemvoorkeuren' en klik op 'Bluetooth'.
Selecteer 'AirPods' in de lijst 'Apparaten' en klik op 'Verbind'.
Als je Siri wilt gebruiken of wilt telefoneren, tik je dubbel op een van de AirPods (je hoeft er maar één te dragen). Ga naar de website Support voor AirPods voor meer informatie.
Tip: Als je AirPods dit ondersteunen, zeg je: "Hé, Siri". Als Siri niet reageert, open je het paneel 'Siri' in Systeemvoorkeuren en controleer je of 'Luister naar "Hé, Siri" op AirPods' is ingeschakeld. Zie Siri-voorkeuren wijzigen.