Een e-mailbericht adresseren
Je kunt een bericht aan een of meer personen of aan een groep adresseren. Je kunt bovendien opties instellen om te waarborgen dat berichten bij de juiste geadresseerden terechtkomen en om hun privacy te beschermen.
Afzonderlijke adressen gebruiken
Typ namen of e-mailadressen in een adresveld (zoals het veld 'Aan' of 'Kopie'). Terwijl je typt, verschijnen adressen die je eerder in Mail hebt gebruikt of die in het programma Contacten staan. Als je bent verbonden met netwerkservers, bijvoorbeeld op het werk of op school, worden ook de adressen weergegeven die op die servers worden gevonden.
Je kunt ook in een adresveld klikken en vervolgens op de knop met het plusteken klikken die verschijnt. Klik op een contactpersoon in de lijst en klik vervolgens op het e-mailadres.
Tip: Om te voorkomen dat de geadresseerden elkaars e-mailadres zien, plaats je het adres in het veld 'Blinde kopie' (je kunt het veld 'Aan' leeg laten). Mensen die je bericht ontvangen, zien 'Verborgen-ontvangers' staan in het veld 'Aan'.
Als je het veld 'Blinde kopie' niet ziet, klik je op de knop 'Koptekstvelden' in de knoppenbalk van het berichtvenster en kies je 'Blinde kopie-adresveld'.
Een groepsadres gebruiken
Als je groepen aanmaakt in het programma Contacten, bijvoorbeeld voor een boekenclub of fietsteam, kun je in één keer berichten versturen naar iedereen in de groep.
Typ de naam van een groep in het adresveld van je bericht.
De groep of de afzonderlijke contactpersonen worden weergegeven. Als de groep wordt weergegeven, maar je afzonderlijke contactpersonen wilt zien, klik je op de pijl naast de naam van de groep en kies je 'Toon adressen van groepsleden'.
Tip: Om te voorkomen dat afzonderlijke contactpersonen worden weergegeven wanneer je e-mails naar groepen verstuurt, kies je 'Mail' > 'Voorkeuren', klik je op 'Opstellen' en schakel je 'Toon adressen van groepsleden bij groepsmail' uit. Als je een bericht aan een groep richt, wordt alleen de groepsnaam getoond.
Als iemand in de groep meerdere e-mailadressen heeft, kun je in Contacten voor die persoon een standaardadres selecteren dat wordt gebruikt wanneer je een e-mail naar de groep stuurt.
Van- en Antwoord aan-adres instellen
Als je e-mailaliassen instelt of verschillende e-mailaccounts gebruikt, kun je aangeven met welk adres je je berichten wilt versturen. Je kunt ook een adres opgeven waarnaar eventuele reacties op berichten moeten worden verstuurd.
Een adres voor het huidige bericht kiezen: Houd de aanwijzer op het veld 'Van' in je bericht, klik op het venstermenu dat verschijnt en kies een e-mailadres.
Hetzelfde adres gebruiken voor alle berichten: Kies 'Mail' > 'Voorkeuren', klik op 'Opstellen', klik op het venstermenu 'Verstuur nieuwe berichten via' en kies je e-mailaccount. Je kunt ook instellen dat automatisch het beste adres wordt gekozen, afhankelijk van het e-mailadres van de eerste ontvanger in je bericht, en de postbus en het bericht die op dat moment zijn geselecteerd.
Een Antwoord aan-adres voor het huidige bericht instellen: Klik op de knop 'Koptekstvelden' in de knoppenbalk van het berichtvenster, kies 'Antwoord aan-adresveld' en typ het adres waarnaar reacties op je bericht moeten worden gestuurd.
Als je meerdere e-mailaccounts gebruikt, kan Mail ervoor zorgen dat je het juiste 'Van'-adres gebruikt wanneer je een bericht verstuurt, gebaseerd op het e-mailadres van de eerste ontvanger in het veld 'Aan'. Als je voorkeursadres (in het voorkeurenpaneel 'Opstellen') bijvoorbeeld je persoonlijke Gmail-adres is, wordt automatisch je schooladres in plaats van je persoonlijke adres gebruikt in het veld 'Van' als je een e-mail naar het schooladres (.edu) van je docent stuurt.
Onbedoelde adressen markeren
E-mailadressen die niet op een specifiek domein eindigen (zoals "@apple.com"), kunnen in Mail rood worden weergegeven, zodat je geen berichten stuurt naar onbedoelde geadresseerden.
Kies 'Mail' > 'Voorkeuren' en klik op 'Opstellen'.
Selecteer 'Markeer adressen die niet eindigen op' en geef een of meer e-maildomeinen op, gescheiden door komma's.
Als je nu berichten adresseert, worden e-mailadressen die niet met de opgegeven adressen of domeinen overeenkomen, rood weergegeven.
Je kunt adressen slepen tussen adresvelden en berichten.
Sommige e-mailservers versturen een bericht niet als zelfs maar een van de adressen onjuist is. Verwijder of corrigeer de ongeldige adressen en verstuur het bericht opnieuw.
Je kunt e-mailadressen vanuit andere e-mailprogramma's importeren in het programma Contacten, om de adressen te kunnen gebruiken in Mail. Zie Contacten importeren in Contacten Help voor meer informatie.