Direct naar de inhoud

Werk maken van de Europese Green Deal

Op naar een klimaatneutraal Europa in 2050

Transformatie van onze economie en samenleving

In de Europese Green Deal is de blauwdruk voor deze ingrijpende verandering vastgelegd: een verandering die veel voordelen met zich meebrengt, van het creëren van nieuwe kansen voor innovatie, investeringen en groene banen tot het verbeteren van onze gezondheid en ons welzijn.

Alle 27 EU-lidstaten zijn vastbesloten de EU tegen 2050 om te vormen tot het eerste klimaatneutrale continent. Om dit te bereiken, hebben ze plechtig beloofd de uitstoot vóór eind 2030 met minstens 55% te verminderen ten opzichte van 1990.

De EU heeft nu juridisch bindende klimaatdoelstellingen voor alle belangrijke sectoren van de economie. Het pakket bevat:

  • doelstellingen om de uitstoot in veel verschillende sectoren terug te brengen
  • een doelstelling om natuurlijke koolstofputten te stimuleren
  • een geactualiseerd emissiehandelssysteem om emissies te plafonneren, vervuiling te beprijzen en investeringen in de groene transitie te genereren
  • sociale steun voor burgers en kleine bedrijven

De lidstaten zullen nu 100% van hun inkomsten uit de emissiehandel kunnen besteden aan klimaat- en energiegerelateerde projecten en de sociale dimensie van de transitie.

Het nieuwe Sociaal Klimaatfonds zal 65 miljard euro uit de EU-begroting en in totaal meer dan 86 miljard euro uittrekken om de meest kwetsbare burgers en kleine bedrijven bij de groene transitie te ondersteunen. Door ongelijkheid en energiearmoede aan te pakken en het concurrentievermogen van Europese bedrijven te versterken, krijgt iedereen een kans en wordt niemand aan zijn lot overgelaten.

Om te zorgen voor een gelijk speelveld voor Europese bedrijven, staat het nieuwe mechanisme voor koolstofgrenscorrectie ervoor in dat voor ingevoerde producten in de betrokken sectoren ook een koolstofprijs aan de grens wordt betaald. Dit is een waardevol instrument om wereldwijd emissiereducties te bevorderen en de EU-markt in te zetten om mondiale klimaatdoelen na te streven.

De Commissie is in februari 2024 met een nieuw EU-klimaatdoel voor 2040 gekomen. Dit is weer een nieuwe stap op weg naar klimaatneutraliteit. Het advies is de netto-uitstoot van broeikasgassen in de EU uiterlijk in 2040 met 90% te verminderen ten opzichte van het niveau van 1990. Dit is in lijn met recente wetenschappelijke adviezen en de EU-beloften in het kader van de Overeenkomst van Parijs. Het Europees Parlement en de lidstaten zullen deze doelstelling bespreken en de volgende Commissie zal op basis van die besprekingen met wetgevingsvoorstellen komen.

Duurzaam vervoer voor iedereen

vervoer

Met de nieuwe CO2-normen zullen alle nieuwe auto’s en bestelwagens die in Europa worden geregistreerd tegen 2035 emissievrij zijn. Als tussenstap op weg naar een uitstoot van nul, moet de gemiddelde uitstoot van nieuwe auto’s tegen 2030 met 55% en van nieuwe bestelwagens met 50% dalen. Hiermee ligt het wegvervoer stevig op schema voor emissievrije mobiliteit in 2050.

55%
minder uitstoot door auto’s in 2030
50%
minder uitstoot door bestelwagens in 2030
0
uitstoot door nieuwe auto’s in 2035

De EU werkt aan infrastructuur voor burgers om emissievrije voertuigen op te laden voor korte en lange reizen. Er komen bindende streefcijfers om elektrische laadpunten en waterstoftankpunten langs Europese wegen uit te rollen. Er zal voldoende publieke laadcapaciteit beschikbaar zijn om te voldoen aan de vraag van het groeiende aantal emissievrije auto’s dat op de markt komt, en om meer particuliere laders thuis en op het werk te kunnen aanbieden.

Verder zal het wegvervoer vanaf 2027 onder het emissiehandelssysteem vallen en komt er een prijskaartje aan vervuiling te hangen om het gebruik van schonere brandstof te stimuleren en weer in schone technologieën te investeren.

Koolstofbeprijzing geldt ook voor de luchtvaart. Tot nu toe gaat het om vluchten binnen de EER en vertrekkende vluchten naar Zwitserland en het VK, maar vanaf 2024 geldt koolstofbeprijzing ook voor niet-binnenlandse vluchten van en naar ultraperifere gebieden.

Het aandeel duurzame brandstoffen dat door leveranciers van luchtvaartbrandstoffen met kerosine moet worden vermengd en aan luchthavens in de EU moet worden geleverd, is verhoogd om duurzame brandstoffen voor de luchtvaart te bevorderen.

Koolstofbeprijzing is ook uitgebreid tot de maritieme sector. Er is een streefcijfer vastgesteld voor de geleidelijke vermindering van de jaarlijkse gemiddelde broeikasgasintensiteit van de energie die aan boord van schepen wordt gebruikt om het gebruik van hernieuwbare en koolstofarme brandstoffen te bevorderen.

Het voortouw nemen bij de groene industriële revolutie

industrie

Met het industrieel plan voor de Green Deal dat in februari 2023 is gepresenteerd, willen we de Europese klimaatneutrale industrie concurrerender maken en de transitie naar klimaatneutraliteit versnellen.

Meer dan 100 miljard euro
is de waarde van het ecosysteem van klimaatneutrale start-ups in de EU in 2021, een verdubbeling ten opzichte van 2020
Meer dan 400 GW
aan productiecapaciteit voor hernieuwbare wind- en zonne-energie in de EU in 2022 – een stijging van meer dan 25% ten opzichte van 2020
4,5 miljoen
groene banen in de Europese economie in 2019, tegenover 3,2 miljoen in 2000

Het industrieel plan voor de Green Deal moet de plaats van Europa als thuisbasis van industriële innovatie en schone technologie veiligstellen. Het plan omvat vier belangrijke pijlers om dat voor elkaar te krijgen:

  • Voorspelbaar en vereenvoudigd regelgevingskader
  • Snellere toegang tot financiering
  • Verbeteren van vaardigheden
  • Stimuleren van open en eerlijke handel voor veerkrachtige toeleveringsketens

De in maart 2023 gepresenteerde verordening voor een nettonulindustrie maakt deel uit van het industrieel plan voor de Green Deal om de productie van schone technologieën in de EU op te voeren, groene banen te creëren en ervoor te zorgen dat de Unie goed is toegerust voor de transitie naar schone energie. Zo worden betere voorwaarden geschapen om nettonulprojecten in Europa op te zetten en investeringen aan te trekken.

Een schoner energiesysteem

energie

De Russische agressie tegen Oekraïne en de daaropvolgende verstoring van de energiemarkt en de energieprijzen hebben des te meer aangetoond dat de EU een eind moet maken aan haar afhankelijkheid van Russische fossiele brandstoffen en de groene transitie moet versnellen.

Met het REPowerEU-plan, dat in mei 2022 werd gepresenteerd, heeft de Commissie haar plannen bekendgemaakt om de EU te helpen

  • met meer hernieuwbare energie
  • energie te besparen
  • haar energievoorziening te diversifiëren

In maart 2023 is de EU strengere wetgeving overeengekomen om haar capaciteit voor hernieuwbare energie te verhogen door haar bindende streefcijfer voor 2030 te verruimen naar minimaal 42,5%, ten opzichte van het huidige streefcijfer van 32%, en de ambitie is 45%. Hiermee zou het huidige aandeel hernieuwbare energie in de EU bijna worden verdubbeld.

Om de uitstoot en de energiekosten voor de consument en de industrie te verlagen moet ook het energieverbruik omlaag.

Er wordt een nieuw bindend streefcijfer op EU-niveau vastgesteld om de energie-efficiëntie uiterlijk in 2030 met 11,7% te verbeteren. De lidstaten zullen van 2024 tot en met 2030 jaarlijks gemiddeld 1,49% moeten besparen. Lidstaten zullen nu ook voorrang moeten geven aan verbeteringen van de energie-efficiëntie bij mensen die met energiearmoede kampen.

42,5 %
nieuw streefcijfer voor hernieuwbare energie voor 2030 (de ambitie is 45%)
11,7%
verbetering van de energie-efficiëntie tegen 2030

Met de juiste prikkels moet de belasting op energieproducten de groene transitie ondersteunen. De Commissie heeft voorgesteld de minimumbelasting op verwarming en vervoer af te stemmen op onze klimaatdoelstellingen en tegelijkertijd de maatschappelijke gevolgen te beperken en kwetsbare burgers te ondersteunen. Hierover wordt nog onderhandeld.

Groenere gebouwen door renovatie

gebouwen

De Commissie streeft ernaar het renovatietempo ten minste te verdubbelen de komende tien jaar en ervoor te zorgen dat renovaties de energie- en hulpbronnenefficiëntie verbeteren. Dat verhoogt de levenskwaliteit voor bewoners en andere gebruikers, vermindert de uitstoot, bevordert de digitalisering en verbetert hergebruik en recycling.

Om de noodzakelijke renovaties te stimuleren, hebben we in 2021 een herziening van de EU-richtlijn energieprestatie van gebouwen voorgesteld om de energieprestaties van gebouwen in heel Europa stapsgewijs te verbeteren, rekening houdend met nationale omstandigheden.

De noodzakelijke verbeteringen kunnen via een aantal afzonderlijke maatregelen worden gerealiseerd, zoals het aanbrengen van isolatie, het vervangen van oude ramen of deuren, het verbeteren van verwarmingssystemen of het installeren van zonnepanelen.

Het onlangs opgerichte sociaal klimaatfonds zal EU-burgers steunen die het zwaarst zijn getroffen of die het risico lopen op energie- of mobiliteitsarmoede. Het heeft in totaal meer dan 86 miljard euro in kas om de meest kwetsbare burgers en kleine bedrijven te ondersteunen bij de groene transitie.

Het fonds zal deze groepen ondersteunen via structurele maatregelen en investeringen in energie-efficiëntie, renovatie van gebouwen (bv. isolatie), schone verwarming en koeling (bv. warmtepompen), integratie van hernieuwbare energie (bv. zonnepanelen), en emissievrije en emissiearme mobiliteit en emissievrij en emissiearm vervoer, waaronder openbaar vervoer.

In aanvulling op de nieuwe EU-regels voor gebouwen en als leidraad voor de lidstaten is er een nieuwe indicatieve nationale benchmark van 49% hernieuwbare energie voor de bouwsector vastgesteld.

Voor de openbare sector zal ook een nieuw streefcijfer van 1,9% voor de jaarlijkse vermindering van het energieverbruik gelden. De verplichting van lidstaten om jaarlijks ten minste 3% van de totale vloeroppervlakte van gebouwen die eigendom zijn van de overheid te renoveren, wordt uitgebreid van de centrale overheid tot alle overheidsniveaus.

Verder zal vanaf 2027 de brandstofdistributie voor gebouwen en wegvervoer onder het emissiehandelssysteem vallen en komt er een prijskaartje aan vervuiling te hangen om het gebruik van schonere brandstof te stimuleren en weer in schone technologieën te investeren.

We moeten samenwerken met de natuur om onze planeet en onze gezondheid te beschermen

natuur

De natuur herstellen en de biodiversiteit bevorderen is een snelle en goedkope manier om koolstof op te nemen en op te slaan. De EU-biodiversiteitsstrategie voor 2030 is een alomvattend langetermijnplan om de natuur te beschermen en de biodiversiteit van Europa te herstellen. Dat is goed voor de mens, het klimaat en de planeet.

De strategie richt zich onder meer op

  • het uitbreiden van de bestaande Natura 2000-gebieden (het EU-brede netwerk van beschermde land- en zeegebieden)
  • de start van een EU-plan voor natuurherstel, met daarin voor het eerst wetgeving voor natuurherstel waarover momenteel wordt onderhandeld
  • financiering voor biodiversiteit om de noodzakelijke veranderingen door te kunnen voeren
  • maatregelen om de wereldwijde biodiversiteitsuitdaging aan te gaan

Natuurherstel is vooral belangrijk om de opwarming van de aarde af te remmen door koolstof af te vangen en op te slaan. Natuurherstel is ook belangrijk voor de aanpassing aan de klimaatverandering en voor het beperken van de gevolgen van steeds intenser natuurgeweld, zoals overstromingen, droogte en hittegolven.

Niet-duurzaam gebruik van natuurlijke hulpbronnen in de EU, met name bodemaantasting en -verontreiniging, is ook een belangrijke oorzaak van de klimaat- en biodiversiteitscrises. Om dit probleem aan te pakken, heeft de Commissie wetgeving voor bodemmonitoring voorgesteld. Door gegevens over bodemgezondheid te verzamelen en beschikbaar te stellen voor boeren en andere bodembeheerders, wil de EU uiterlijk in 2050 over gezonde bodems beschikken.

Meer nettokoolstofverwijderingen en koolstofputten in de EU zijn van het grootste belang. Het EU-streefcijfer voor nettokoolstofverwijderingen via natuurlijke putten zal tegen 2030 stijgen tot 310 miljoen ton CO2-equivalent. De lidstaten zijn gezamenlijk verantwoordelijkheid voor het verwijderen van koolstof uit de atmosfeer en ze zijn elk verantwoordelijk voor de zorg voor en de uitbreiding van hun koolstofputten om de nieuwe EU-doelstelling te halen.

Bio-energie helpt het gebruik van fossiele brandstoffen uit te faseren en de EU-economie koolstofvrij te maken, maar moet duurzaam worden gebruikt. Er zullen strenge nieuwe criteria worden toegepast om niet-duurzame houtkap te voorkomen en gebieden met veel biodiversiteit te beschermen, conform de toegenomen ambities op het gebied van klimaat en biodiversiteit.

Een impuls voor de wereldwijde klimaatactie

wereldwijde actie

De Europese Green Deal heeft al het goede voorbeeld gegeven en belangrijke internationale partners ertoe aangezet hun eigen streefdata voor klimaatneutraliteit vast te stellen.

Door te investeren in hernieuwbare-energietechnologie ontwikkelen we expertise en producten waar ook de rest van de wereld van kan profiteren.

Door over te schakelen op groen vervoer creëren we wereldwijd toonaangevende bedrijven die op een groeiende wereldmarkt actief kunnen zijn, en door samen te werken met onze internationale partners zullen we wereldwijd de emissies terugdringen in het zeevervoer en de luchtvaart.

Op de COP28-top van de VN in Dubai in 2023 heeft de EU druk uitgeoefend om de klimaatambities wereldwijd op te schroeven om het doel van 1,5°C binnen bereik te houden, in overeenstemming met de Overeenkomst van Parijs. De EU is het ook eens geworden om dit decennium wereldwijd sneller afstand te nemen van fossiele brandstoffen, hernieuwbare energie te verdrievoudigen en de energie-efficiëntie te verdubbelen.

De EU, haar lidstaten en de Europese Investeringsbank leveren samen de grootste bijdrage aan publieke klimaatfinanciering voor ontwikkelingslanden, en verstrekten 28,5 miljard euro in 2022.

Waar financiert de EU klimaatactie?

Documenten